Noodverlichting is een verplichting die vanuit wet- en regelgeving is vastgesteld. Met name in de Arbowet en het Bouwbesluit is dit terug te zien. Noodverlichting noemt men meestal vluchtrouteaanduiding of vluchtrouteverlichting. Meestal valt noodverlichting niet op, aangezien je het licht alleen nodig hebt als de stroom uitvalt. Vluchtrouteaanduiding brandt ook als er niets aan de hand is en komt er spanning uit een accu wanneer de normale voorziening uitvalt.
Er is een verplichting tot de installatie van noodverlichting. Daarnaast is er onderliggende regelgeving. Deze is soms al vernieuwd, terwijl er in het Bouwbesluit nog geen melding van gemaakt wordt. Dit kan gaan om ISO of NEN-normen.


Wat stelt de Arbowet?


In de Arbowet is beschreven welke eisen er omtrent veilig en gezond werken zijn. In de Arbowet worden daarnaast ook verwijzingen naar de NEN-EN-1838 gemaakt. Er wordt geïnformeerd over anti-paniekverlichting en werkplekken met een verhoogd risico. Het is aan een werkgever om daar zorg te dragen voor een juiste en goedwerkende noodverlichtingsinstallatie. Tegelijkertijd is adequate noodverlichting belangrijk. Zo waarborgt u de zichtbaarheid van nooduitgangen en vluchtwegen. Bij publieke ruimtes en werkplekken met een verhoogd risico is noodverlichting verplicht gesteld.

Een noodverlichtingsarmatuur: de behuizing, elektronica, fitting en lamp, eventueel ook de accu. Eerder was het gebruik van een tl-buis de norm. Nu zie je steeds vaker dat er led-verlichting in een noodverlichtingsarmatuur gebruikt wordt.
Om de veiligheid te garanderen en aan de eisen te voldoen, geven wij graag meer informatie over noodverlichtingsarmaturen. Zo begrijp je welke controles er gedaan worden, wat er bij een installatie komt kijken en welke wettelijke eisen er van toepassing zijn.


Welke noodverlichtingsarmaturen zijn er?


We maken onderscheid tussen twee typen noodverlichtingsarmaturen: een decentraal en een centraal gevoede uitvoering. 
Decentraal gevoede noodverlichting bestaat uit armaturen met een ingebouwde batterij en lader, die in alle ruimtes rechtstreeks worden aangesloten op de constante voeding van een eindgroep voor de verlichting. De decentraal gevoede installatie is bij stroomuitval door de ingebouwde batterij niet afhankelijk van de kabelinfrastructuur.


Welke eisen heeft een noodverlichtingsarmatuur?

Een armatuur dat is ontworpen volgens de geldende productnorm (gericht op de NEN-EN-IEC 60598-2-22) is te herkennen aan een ENEC of KEMA-KEUR symbool op de sticker. Is deze niet aanwezig of twijfel je? Vraag dan een conformiteitsverklaring op bij de leverancier. Daarnaast is het belangrijk dat armaturen geschikt voor de omgeving zijn. Denk daarbij aan invloeden als warmte of vocht.

De volgende normen zijn het belangrijkst bij noodverlichtingsarmaturen:


Hoe installeer je noodverlichtingsarmaturen?

Decentrale noodverlichting heeft altijd een constant gevoede fase en nul (230 Volt) nodig. De noodverlichting wordt aangesloten op de voeding van lichtgroepen van een betreffende ruimte. Veel decentrale noodverlichtingsarmaturen zijn tevens op een geschakelde fase aan te sluiten. Zo ‘liften’ ze met de gewone verlichting mee.

Noodverlichting moet tijdig inschakelen en tijdens de voorgeschreven tijd van 1 uur blijven functioneren.


Hoe controleer en onderhoud je een noodverlichtingsarmatuur?

Dit doet men bijvoorbeeld door het bijhouden van een logboek. Een logboek van een noodverlichtingsinstallatie geeft inzicht in de status van een noodverlichtingsinstallatie. Wil je meer weten over onderhoud en inspectie rondom noodverlichting? Hier gaat ISSO publicatie 79 op in. Een richtlijn waarmee je aan geldende wet- en regelgeving voldoet. Hierin wordt beschreven welke regelgeving, normen, aanbevelingen en randvoorwaarden er zijn. Dit wordt concreet gemaakt met beeldmateriaal, tabellen en stroomschema’s. 
Als het om het onderhoud en de inspectie gaat, is gebreken voorkomen het belangrijkst. Het is namelijk al te laat als er reparaties nodig zijn. Door regelmatig en preventief onderhoud verkleint de kans op uitval.
Bij het controleren van een noodverlichtingsarmatuur, doorloopt u of een noodverlichtingsdeskundige de volgende stappen: visuele controle, laatste controledatum bekijken, onderzoek doen aan de behuizing, functietest, brandduur-test, lichtbron controleren en onderzoek aan de binnenkant van een armatuur. Op basis van deze controle voert u of een noodverlichtingsdeskundige het nodige onderhoud uit of wordt deze geheel vervangen.